De afgelopen tijd krijgen we veel vragen binnen. Sommige punten roepen dus blijkbaar (terecht) nog steeds veel vragen op. Daarom hebben we onze FAQ-sectie bijgewerkt
Hier zijn enkele interessante vragen en antwoorden (samengevat onder FAQ) :
Het percentage hangt af van de looptijd van de aangeboden opties. Aangezien de aandelenopties die Call+ aanbiedt allemaal een looptijd van 10 jaar hebben, is het percentage conform de wet vastgesteld op 23% (18% + 1% per extra jaar na 5 jaar).
JA !
De bedrijfsleider kan zijn opties behouden, om welke reden ook (bv. als de waarde van de opties niet zo goed is als verwacht, of als het bedrijf in moeilijkheden verkeert op het einde van de blokkeringsperiode, of wat dan ook).
De opties hebben een looptijd van 10 jaar.
De bedrijfsleider die besluit zijn opties te houden, kan ze nadien verkopen wanneer hij maar wil.
Sterker nog, zelfs als hij een ander plan lanceert, bijvoorbeeld in 2024, en de opties van 2023 niet heeft verkocht, kan hij beide plannen nog steeds verkopen in 2025.
Call+ selecteert zorgvuldig een twintigtal onderliggende waarden op basis van verschillende criteria.
Ons algoritme heeft de implementatie van het Aandelenoptieplan naderhand getest voor duizenden onderliggende waarden in de afgelopen 15 jaar, inclusief de crisis van 2008 en de covid-crisis. Op basis van deze resultaten hebben we de ‘beste’ onderliggende waarden geselecteerd voor het opzetten van Aandelenoptieplannen. Het betreft een korf van onderliggende waarden die het best bestand zijn tegen marktvolatiliteit en tegelijkertijd een aantrekkelijk fiscaal rendement bieden voor AOP’s.
In dit stadium kunnen we geen onderliggende waarden op maat selecteren voor elke klant. Daarom gebruiken we voor al onze klanten dezelfde korf van onderliggende waarden. Let wel: de korf wordt regelmatig herzien om ervoor te zorgen dat de aandelenoptieplannen die Call+ aanbiedt steeds fiscaal optimaal zijn.
De bedrijfsleider kan ervoor kiezen om één keer per jaar een volledig Aandelenoptieplan te lanceren of twee halve plannen in de loop van het jaar (bijvoorbeeld het eerste in maart en het tweede in september). Het opzetten van twee halve plannen gespreid over een jaar zal enerzijds de betaling van de bedrijfsvoorheffing afvlakken en anderzijds het risico op marktschommelingen tijdens de blokkeringsperiode beperken. Bovendien ontvang je het volgende jaar twee inkomende kasstromen bij de verkoop van elk van beide plannen. Voor het opzetten van twee plannen per jaar worden overigens geen extra kosten aangerekend.
Het voordelen alle aard zal aangegeven worden 60 dagen na lancering van het aandelenoptieplan en meteen
gekoppeld aan de in aanmerking genomen bezoldiging (met name 25% van deze bezoldiging).
Let op: als een volledig plan wordt gelanceerd in november 2023, mag de bedrijfsleider geen ander plan lanceren voor november 2024, aangezien de VAA voor het plan van november 2023 zullen worden aangegeven in januari 2024 en de maximale VAA dus “opgebruikt” zullen zijn voor 2024.
Als echter een half plan wordt gelanceerd, bijvoorbeeld in november of december 2023, heeft de bedrijfsleider de mogelijkheid om nog eens een half plan te lanceren in de loop van 2024 (tot oktober). We adviseren bijvoorbeeld een herhaling tussen juni en december.
De basisregel is :
De maximumbezoldiging die in aanmerking moet worden genomen is, voor N-1:
- Bruto bezoldiging, excl. VAA
- + Sociale bijdragen indien betaald door de vennootschap
- + VAPZ indien betaald door de vennootschap
- De bezoldiging die in aanmerking moet worden genomen is die van het kalenderjaar dat het plan voorafgaat (N-1).
- De bezoldiging om rekening mee te houden is die van 2023, want dat is de referentiebezoldiging.
- Als we geen volledige fiche 281.20 in N-1 hebben als basis, kunnen we rekening houden met de bezoldiging van het lopende jaar naar rato van de gewerkte maanden op voorwaarde dat de bedrijfsleider zich ertoe verbindt dezelfde bezoldiging te behouden tot het einde van het jaar.
- Vb. 1: een bedrijfsleider startte zijn activiteit in november 2023, en hij wenst een plan te lanceren in 2024. We kunnen dan rekening houden met de volledige bezoldiging van 2024.
- Vb. 2: een bedrijfsleider startte zijn activiteit op 1 april 2024, en hij wil een plan lanceren in 2024. We kunnen slechts 9/12 van het jaar 2024 in aanmerking nemen (feitelijke prestaties).
- Als aan de voorwaarden van artikel 49 van het Wetboek Inkomstenbelastingen is voldaan, kan de belastingdienst het plan niet afwijzen als kosten. Het verlies heeft geen gevolgen voor het plan. Zorg er echter voor dat het verlies niet systematisch wordt.
Bedankt voor het vertrouwen!